Kentalis, Reinier van Arkel en Woonwijze voldoen niet aan WNT-norm voor salarissen

Het Vughtse college heeft vorige week voldaan aan het verzoek in de motie van 19 maart 2015, waarin D66, SP en PvdA-GL vroegen om aan de raad te rapporteren welke organisaties en instellingen niet voldoen aan de Wet Normering Topsalarissen. Dit is het geval als werknemers of bestuurders meer verdienen dan een ministersalaris. Bovendien vroegen de fracties om bij het selecteren van partners en het afsluiten van contracten rekening te houden met het gegeven of al dan niet aan de norm wordt voldaan.

Op basis van een lijst van 83 voor de gemeente Vught relevante partners in het kader van de WNT is bekeken welke instellingen en organisaties voorkomen op de, in het begin van dit jaar verschenen, WNT-jaarrapportage over 2014 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Hieruit blijkt dat Kentalis, Reinier van Arkel en Woonwijze in 2014 salarissen uitbetaalden die niet voldeden aan de eisen van de WNT. Het college heeft de drie instellingen een brief gestuurd waarin is aangegeven dat er geconstateerd is dat zij niet aan de eisen van de WNT voldoen en daarmee dus ook niet aan de maatschappelijk aanvaardbare normen in dit verband. In de brief worden ze uitgenodigd om de afwijking toe te lichten. Daarbij is gebleken dat Kentalis en Reinier van Arkel hebben gekozen voor de meest ruime overgangsregeling die is toegestaan. De hoogte van de bezoldiging valt onder het toepasselijk overgangsrecht waarin de WNT voorziet. De afbouw vindt in fases plaats en voldoet na de afbouwperiode tot 2020 aan de door de minister vastgestelde beleidslijn.
Ook in het geval van de woningcorporatie Woonwijze verdiende de directeur-bestuurder meer dan de WNTnorm en de staffel van de branchevereniging Aedes. Ook de voorzitter van de Raad van Toezicht en de vier leden van de Raad van Toezicht ontvingen meer dan de WNT-norm.

Het college constateert dat bij Woonwijze de normen, die zijn vastgelegd in bezoldiging Wet Normering Bezoldiging Topfunctionarissen Publieke en Semipublieke Sector (WNT) niet worden gehanteerd, maar dat er géén sprake van een overtreding is, omdat in alle situaties gekozen is voor de ruimste vorm van een overgangsregeling en dus is het overgangsrecht van toepassing. De overschrijdingen worden echter wel gemeld in het overzicht van het ministerie van BZK van 15 december 2015. Vanaf 1 januari 2013 moeten alle salarissen van ‘nieuwe’ topfunctionarissen voldoen aan de WNTnorm. De gemaakte salarisafspraken blijven daarbij nog vier jaar gelden. Hierna wordt het salaris in drie jaar teruggebracht naar de norm. Op aIle genoemde functionarissen van Woonwijze is deze regeling van toepassing. In het jaarverslag van Woonwijze is correct vermeld dat er sprake is van overgangsrecht.

Betreuren

Het Vughtse college van B&W concludeert op grond van deze informatie dat de drie instellingen niet voldoen aan de WNT-norm maar wel handelen binnen de overgangsregels. Het college betreurt wel dat de instellingen zelf besloten hebben om gebruik te maken van ruime overgangsregelingen en niet zoals de meeste instellingen ervoor gekozen hebben om, gezien de maatschappelijke onrust over topsalarissen, vrijwillig een deel van de salarissen in te leveren. Aangezien de ruime overgangsregelingen wettelijk toegestaan zijn, is er volgens het college geen mogelijkheid om actie te ondernemen richting de drie instellingen over de salariëring in 2014.

Kijk ook bij

Extern onderzoek organisatieontwikkeling gemeente Vught komt er niet

De publicaties in het Brabants Dagblad over de onrust onder de Vughtse ambtenaren, die zou …