Het Lievevrouwepark, in het centrum van Vught, wordt opgeknapt. Voor deze renovatie haalde de gemeente Vught de wensen en ideeën van honderden omwonenden en belanghebbenden op en vertaalde deze in een ontwerp. Zoveel mensen, zoveel wensen, waaronder een hondentoilet. Jammer, wat mij betreft. Want zeg nou zelf: een smerig kakveldje hoort toch niet thuis op deze beeldbepalende plek, achter de rug van Maria en pal tegenover villa Leeuwenburg, het statige voormalige raadhuis? Maar zo werkt het nou eenmaal in een democratisch inspraakproces; dat is geven en nemen. En blijkbaar voorziet dit poepweitje in een dringende behoefte en is de nood zó hoog dat de gemeente Vught zijn investering in het Lievevrouwepark met plezier bekroont met poep. Hoe dan ook, alle lof voor de gemeente Vught dat het via inspraakavonden de stem van haar inwoners wil horen. Nog meer lof voor de gemeente dat het een ontwerp presenteert dat tegemoet komt aan verschillende wensen en dat de belangen, het woongenot en de reukorganen van omwonenden respecteert. In het definitief ontwerp, door de gemeente goedgekeurd en gecommuniceerd, schoof de hondenplee naar de rand, aan de kant van de Kapellaan, zo ver mogelijk verwijderd van de huizen. Iedereen tevreden en missie geslaagd. Zou je denken.
Niet dus! Want bij de uitvoering van het definitieve, goedgekeurde ontwerp gaat het toch nog compleet mis. Zonder uitleg, communicatie of overleg met de betrokkenen, legt de gemeente Vught een poepveld aan pal voor de huizen aan de Prins Bernhardlaan. Achter welk gemeentelijke bureau wordt dit besloten? Wie op het gemeentehuis bedenkt dat het – in tijden waarin het vertrouwen van burgers in de overheid toch al onder druk staat – een goed idee is om bewoners de worst van inspraak voor te houden en ze een goedgekeurd plan te presenteren om ze vervolgens te overvallen met een stinkende verrassing? De manier waarop de gemeente Vught ons als bewoners rondom het Lievevrouwepark de hondenpoep onder de neus wrijft, maakt wel duidelijk waarom Vught bekend staat als ‘kakdorp’ want bij de handelwijze van de gemeente Vught past maar een woord: shit.
Cees Pulles