De kerk is open …

Het is zaterdagmiddag! In gewone omstandigheden begint zo dadelijk de vooravondmis van de vijfde zondag van de veertigdagentijd. Vandaag is het anders. De bisschoppen hebben het wijze besluit genomen dat er in r.k. kerken geen publieke vieringen zijn tot en met Pinksteren.
Het plein voor de – anders nog redelijk drukbezocht e- H. Hartkerk aan het Loeffplein blijft leeg. Op Palmzondag zullen er geen kinderen zijn die een processie houden met de Palmpasenstokken. De overvolle viering op eerste Paasdag zal nu leeg blijven. De koren en orkesten, die prachtige programma’s aan het voorbereiden waren, zwijgen in alle talen. Het voelt leeg en vreemd.
Een bevriend echtpaar ligt, door corona geveld, in een ziekenhuis elders in het land. Ze zullen er niet doorheen komen. Samen nemen ze, met dankbaarheid voor een mooi leven, afscheid van het leven en gaan naar een hopelijk beter leven. Ik zou hen het Sacrament van de zieken willen geven, maar ik mag er niet heen. Op afstand zegen ik hen. Iedere dag vier ik in m’n eentje de H. Mis en neem daarbij alle mensen die rekenen op gebed en aandacht mee. Zo zijn we dan toch met elkaar verbonden.
In mijn normale weekprogramma kom ik bijna elke week in het ziekenhuis om er parochianen te bezoeken die daarom vragen. Nu kan dat niet. Daarom breng ik nu veel tijd aan de telefoon door en zo hebben we toch contact. Misschien nog intenser dan bij een bezoek thuis. Het leven lijkt een beetje op een sneltrein die puffend en steunend tot stilstaan is gekomen.
Ik kijk naar buiten. Aan de overkant spelen kinderen in de tuin. Vanmiddag zei de overbuurman dat de kinderen genieten. Het is prachtig weer en allerlei zaken die anders blijven liggen kunnen nu wel aangepakt worden. Het leven gaat toch door, anders, langzamer. Misschien is dat winst. Niet alles hoeft altijd bereikbaar of beschikbaar te zijn. Kennelijk doet de stilstand de luchtvervuiling drastisch verminderen. Dat is dan mooi meegenomen. Tegelijk denk ik aan het leed van mensen die getroffen worden door het virus. Ik zou de kerk graag leeg laten staan als ik daar iets aan kon doen.
Ik denk ook aan de zorgen van mensen die een winkel of zaak hebben. De eigenaars van een restaurant die ons leven van tijd tot tijd fleur en gezelligheid geven. Ik hoop maar dat ze er doorkomen.
De deur van de kerk staat open. Ik zie een jonge vader met zijn dochtertje naar buiten komen. Hij is nog bezig zijn portemonnee dicht te maken. Vermoedelijk hebben ze een kaarsje aangestoken voor moeder en oma die noodgedwongen binnen moeten blijven.
Wat mij betreft had hij, zonder portemonnee, wel tien kaarsjes mogen opsteken voor de mensen die het leven op dit moment zwaar vinden.
De kerkdeur is overdag open. Na Palmzondag kunt u er een palmtakje meenemen. Misschien een kaarsje aansteken en houdbare levensmiddelen in de manden doen die we graag doorgeven aan hen die niet genoeg hebben om van te leven. Het leven gaat door en er komen zeker betere tijden. Ik hoop dat we het goede van deze crisis kunnen vasthouden

Pastoor Martien Mesch

Kijk ook bij

Zorgen om de zorg: dementie

Het mag geen verrassing zijn dat de vergrijzing van onze samenleving toeneemt. De cijfers zijn …