Gemeenten zijn verplicht om jaarlijks een cliënttevredenheidsonderzoek (CEO) te doen onder cliënten Wmo en Jeugdwet en de resultaten te rapporteren aan het Rijk. Uit het in 2017 gehouden onderzoek blijkt dat in Vught de waardering in vergelijking met vorig jaar behoorlijk is verbeterd. Zo is de tevredenheid toegenomen over de deskundigheid van de medewerkers en over de mate waarin rekening werd gehouden met de wensen van de cliënt.
De gemeente Vught werkt op deze beleidsterreinen samen met de regio Meierij (Wmo) en de regio Noordbrabant-Oost (Jeugdwet). Omdat het Vughtse college de integraliteit van de dienstverlening aan cliënten Wegwijs+ belangrijk vindt, is het onderzoek in 2017 verbreed naar alle cliënten van Wegwijs+. Dit betekent dat niet alléén cliënten Wmo en Jeugdhulp, maar ook de cliënten Participatiewet en schuldhulpverlening een vragenlijst hebben gekregen. Vught is in de regio de enige gemeente die het onderzoek zo heeft uitgevoerd. Het CEO Wegwijs+ geeft inzicht in de ervaringen van de cliënten met de toegang, de kwaliteit van de hulp en de resultaten. Ook is er voor de Wmo een vergelijking te maken met de resultaten van vorig jaar en de scores t.o.v. de regio Meierij. De respons door cliënten Jeugdwet is te laag om op lokaal niveau betrouwbare uitspraken te doen. Wel zijn er regionale conclusies over de ervaringen met de Jeugdwet mogelijk. Deze staan in het Regiorapport Clientervaringen Jeugdhulp Noordoost-Brabant.
Resultaten
De weg naar hulp is voor de meeste mensen duidelijk, hoewel 8% nog niet weet waar zij terecht kunnen met hun hulpvraag. Uit het regionale jeugdonderzoek blijkt dat het voor een kwart van de ouders niet duidelijk was waar ze zich moesten melden voor hun hulpvraag. Ruim 8 van de 10 cliënten voelen zich serieus genomen door de medewerker van Wegwijs+. Ook zijn zij tevreden over de tijd die de medewerker voor hen nam. Ongeveer driekwart is tevreden over de duidelijkheid van de informatie, de snelheid waarmee ze zijn geholpen en over de deskundigheid van de medewerkers. Ook in 2016 is onderzoek gedaan onder Wmo-cliënten. In 2017 zijn Wmo-cliënten meer tevreden over Wegwijs+ dan in 2016. Zo is de tevredenheid toegenomen over de deskundigheid van de medewerkers (2017: 74% tevreden; 2016: 67%) en over de mate waarin rekening werd gehouden met de wensen van de cliënt (2017: 69% tevreden; 2016: 56%). De toegenomen tevredenheid van Wmo-cliënten blijkt ook uit het rapportcijfer dat zij geven voor de manier waarop Wegwijs+ de hulpvraag heeft opgepakt: 7,3 (2016: 6,8). Het cijfer voor Wegwijs+ van alle cliënten samen (dus incl. Jeugdwet en Participatiewet) is een 7,4.
Van de cliënten Participatiewet en schuldhulpverlening is 75% tevreden over de kwaliteit van de hulp; toch vindt nog 13% de kwaliteit niet goed. Van de Wmo-cliënten vindt 83% de kwaliteit van de hulp goed. Ook zijn de meeste ouders positief over de kwaliteit van de Jeugdhulp. Ruim de helft van de cliënten Participatiewet en schuldhulpverlening geeft aan dat zij door de hulp (vrijwilligers)werk hebben gevonden en meer inzicht hebben in hun geldzaken. Ongeveer 80% van de Wmo-cliënten geeft aan door de hulp een betere kwaliteit van leven te hebben en zich hierdoor beter te kunnen redden. Het rapportcijfer dat jongeren en ouders geven voor ‘hoe nuttig zij de hulp ervaren’ is gemiddeld een 7,9 (regionaal).
Verbeterpunten
De mate waarin rekening wordt gehouden met de wensen en behoeften van de cliënt blijft een aandachtspunt. Hoewel in 2017 de tevredenheid is toegenomen ten opzichte van 2016, is nog 2 op de 10 cliënten hierover ontevreden. Belangrijk aandachtspunt uit het regionale jeugdonderzoek is dat de cliënten de wachttijden voordat de hulpverlening start te lang vinden. Ook vinden ouders/jongeren dat de samenwerking tussen de hulpverleners beter kan en dat de keuzes over de hulp nog te weinig samen met de jongeren gemaakt worden.