Het Vughts Museum in DePetrus is dicht vanwege de coronacrisis. Daarom presenteert het museum in de komende tijd elke week een van zijn ‘schatten’ met een foto en een verhaaltje.
Op 13 oktober 1899 verkocht het echtpaar B. van Rijckevorsel-Snijders het landgoed Sparrendaal aan de paters van Scheut. Deze missieorde (Congregatie van het Onbevlekt Hart van Maria), met hun moederhuis in het Belgische Scheut, was op zoek naar Nederlanders die missionaris wilden worden in China en Mongolië. Al eerder was een Nederlandse Scheutist, Ferdinand Hamer, via België naar China gegaan. Hij werd daar bisschop en werd in 1900 vermoord tijdens de Boxeropstand. De paters betrokken in Vught de verbouwde villa, die nog steeds bestaat en ‘Oud-Sparrendaal’ heet. In 1930 werd een groot, nieuw gebouw neergezet: het Missiecollege ‘St.-Franciscus Xaverius’. Een jaar later werd de kapel ingezegend. Op het torentje werd een goudkleurige windvaan aangebracht in de vorm van een haan. In 2007 verlieten de laatste paters Vught. In 2009 werd het kloostercomplex gesloopt. Het torentje werd aanvankelijk bewaard, maar ging uiteindelijk toch naar de sloop, omdat geen herbestemmingsplek gevonden kon worden. De torenhaan werd geschonken aan het Vughts Museum.