’Ik voel me een gelukkig mens’
Met Leo Ketelaars, de supermarktmanager van Albert Heijn aan de Stationsstraat in Vught, kijk ik terug op zijn werkzame leven. Waarom? Leo heeft, na lang wikken en wegen, overleggen met echtgenote en kinderen, nadenken over wat ervoor in de plaats kan gaan komen, met een goed gevoel besloten te stoppen met zijn werk. Op vrijdag 26 juni kunnen belangstellenden op een ontspannen wijze doorlopend afscheid van hem nemen. De coronaregels worden tijdens dit afscheid zo veel mogelijk gevolgd. Onlangs is bekend geworden dat Brigitta van den Oetelaar zijn opvolgster wordt. Vóór deze benoeming was zij supermarktmanager in AH Arena in Den Bosch.
Door Theo Beks
Leo kan met voldoening terugkijken op zijn Vughtse AH-jaren. Het was een tijd met diverse hoogtepunten, maar de deelname aan de landelijke wedstrijd beste supermarkt van het jaar 2014 torent er beslist bovenuit.
Foto-voetbalboek
Albert Heijn aan de Stationsstraat kreeg in 2013-2014 de kans mee te doen aan de verkiezing ‘Supermarkt van het jaar’. Die kans werd door personeel en leiding met beide handen aangegrepen. Aan de wedstrijd deden maar liefst 185 supermarkten mee. De AH-vestiging bij het station ging door tot de laatste ronde van 15 supermarkten. Een knappe prestatie en daarvoor werd alles uit de kast getrokken. Er kwam een foto-voetbalboek uit van de jeugd van voetbalclub Zwaluw VFC. Leo Ketelaars: “Het was een intensieve periode, waarin iedereen zich maximaal inspande. AH Stationsstraat werd met hun Lipdup (dit is een videoclip, die in één take gefilmd is) via de social media bekend in heel Nederland. De finale werd een grote krachttoer, maar iedereen vond het een fantastische belevenis. Het werd een feestje voor héél Vught. Onze strijd om de beste supermarkt van Nederland te worden, heeft ons inderdaad heel veel saamhorigheid opgeleverd. Het was eigenlijk het eindresultaat van het jarenlang vasthouden aan een bepaalde visie. Op dat moment viel alles op zijn plek en daar plukken we ook nu nog steeds de vruchten van. Ook na deze wedstrijd zijn we steeds weer hoog geëindigd in allerlei competities! Sfeer, saamhorigheid, klantvriendelijkheid en niet in de laatste plaats een prima winkel, vormen tot op de dag van vandaag de pijlers waarop de Appie aan de Stationsstraat staat.”
Vughtenaar
“Ik heb altijd plezier gehad in mijn werk”, laat Leo weten. “Ik ben een geboren en getogen Vughtenaar en droomde al heel vroeg dat ik in Vught mijn werk zou kunnen uitvoeren. Ik heb wel wat rondgekeken in de buurt, maar mijn droom is uitgekomen in deze Albert Heijn-supermarkt. En wat nog mooier is: ik voel me een gelukkig mens.”
De vertrekkend supermarktmanager oogt supergezond, maar weet ook dat schone schijn zo maar kan bedriegen. Ook als supermarktmanager schuwde hij veranderingen niet. Hij bekeek tevoren alle voor- en nadelen, luisterde naar anderen, schaafde aan zijn eigen ideeën en nam meningen van anderen altijd serieus alvorens een definitief besluit te nemen. Hij verloochende ook zijn afkomst niet. Een gewone Vughtse jongen, die bij de broeders op de Willibrordusschool heeft gezeten. Een droom najagen vraagt inspanning. Zolang je niet begint met iets, kun je er ook niet goed in worden. Er is maar één manier om ergens goed in te worden en dat is door het te doen. Leo begreep dit al vroeg. Hij was niet te lui om aan te pakken, ging niet naast zijn schoenen lopen en staat nog steeds tussen zijn medewerkers.
Folders rondbrengen
“Na de lagere school ben ik folders in onze wijk gaan rondbrengen, zoals meer jongens en meisjes toen deden”, legt Leo uit. “Met mijn broer Peter. We wilden een zakcentje bijverdienen, want die tijd was echt anders dan nu. Twee tot drie uur rondlopen van brievenbus naar brievenbus. En ik voelde me zielsgelukkig, toen we van de opbrengst samen een frikandel met mayo bij Maas automatiek op het Moleneindplein konden halen. Wat waren we trots.”
Wat later ging Leo, samen met enkele buurjongens, die ook niet op vakantie gingen, in de vakantietijd bij de A&O op het Moleneindplein tuinbonen en doperwtjes doppen. Deze werden daarna in de winkels van de familie Vorstenbosch uit Cromvoirt verkocht.
Als 16-jarige wist Leo al welke richting hij op wilde. Werken in een supermarkt. Hij werd twee jaar parttimer bij De Gruyter in het winkelgedeelte aan de Michiel de Ruyterweg in Vught. Daarna verhuisde hij naar De Gruyter op de Helftheuvel. In die jaren bestond de dienstplicht nog en na twee jaar viel de bewuste brief met zijn oproep voor dienst in de brievenbus. Hij moest veertien maanden naar ’t Harde op de Veluwe. Na zijn diensttijd ging Leo aan de slag bij Jac. Hermans in Schijndel. Die stap is uiteindelijk bepalend voor zijn verdere loopbaan geweest. Na één jaar Schijndel heeft hij acht jaar ervaring opgedaan in een 25-tal supermarkten van Tiel tot Breda en van Venlo tot Vorden.
Schoenfabriek
In het gebouw van de huidige AH-supermarkt aan de Stationsstraat zat vroeger de schoenfabriek Van Haren. “Dat gebouw kwam vrij en Jac Hermans wilde daar wel heen en vroeg vervolgens mij daar manager te worden”, vertelt Leo met fonkelende oogjes. “Mijn droom begon werkelijkheid te worden. Voor mijn werk terug in Vught en ik ben er al die jaren gebleven. Supermarkten veranderen en worden overgenomen. En ook Jac Hermans Vught werd na enige tijd overgenomen. Eerst door A&P en wat later weer door C-1000, maar die verandering was slechts van korte duur. Toch waren dat wel veel veranderingen voor de klanten.”
Het overnemen van supermarkten bleef door gaan en zo werden filialen van C-1000 door Albert Heijn overgenomen en in hoog tempo omgebouwd tot AH-supermarkten. De winkels werden stevig aangepakt en sterk gemoderniseerd. Ook de AH-supermarkt aan de Stationsstraat. Het assortiment werd vernieuwd en uitgebreid. Er kwam een grote versafdeling, een volwaardige afdeling biologische producten en veel producten in diverse prijsklassen. De omgeving van de kassa’s werd tot grote tevredenheid van de bezoekers kind- en klantvriendelijker gemaakt.
Groot sociaal hart
De Vughtse supermarktmanager heeft voortdurend geïnvesteerd in mensen, groot en klein. Bij tal van activiteiten werd dat duidelijk. Leo Ketelaars is een supermarktmanager met een groot sociaal hart. Dat weet iedereen. Vughtse activiteiten als de Jeugdweek, het tennistoernooi Bergenshuizen, de Avondvierdaagse, de Vincentiusvereniging en ga maar door. Nooit klopten zij vergeefs aan. Ook hierin is Leo Ketelaars een voorbeeld in Vught. Daarnaast besteedde hij extra aandacht aan ouderen en aan mensen met een beperking. De ene keer werden de bewoners van Elisabeth, Theresia en de Vlasborch op eigen locatie getrakteerd op een gezamenlijk ontbijt, dan weer eens op een souper. Individuele hulp bij het boodschappen doen in de winkel was voor deze klanten dagelijkse service. Leo is wel degelijk een Vughtse ondernemer en in de supermarkt moet geld verdiend worden. Maar de kassa goed laten rinkelen, is niet zijn enige doel. Leo Ketelaars probeerde door de jaren heen steeds iets voor de Vughtse gemeenschap terug te doen. Het mensen naar de zin maken, stond altijd hoog op zijn to-do-lijstje.
Ketelaarsplein
In zijn kantoor aan de Stationsstraat prijkt sinds 2012 het ‘Leo Ketelaarsplein-bord’. Hiermee is de Vughtenaar geëerd voor zijn inbreng, toen de buurt en de gemeente voor een groot parkeerprobleem nabij station en supermarkt kwamen te staan. “De voorgestelde oplossing van de gemeente betekende veel auto’s voor de deuren van de bewoners en zeer waarschijnlijk verlies van natuur”, legt Leo uit. “Aan weerskanten van het Johanna Aronsohnpad staan prachtige beukenbomen. Ik mengde me in de gesprekken en kwam met een heel andere constructie. En wat gebeurde? Het plan werd door alle partijen omarmd. Door tweemaal eenrichtingsverkeer in te voeren vóór onze supermarkt, hielden we een groot en veilig parkeerplein over. Goed voor het station, goed voor de supermarkt en goed voor de bewoners. Zij behielden hun eigen parkeerstroken voor de deur en het stuk natuur in de straat bleef ongerept. Zo was iedereen tevreden. Kinderen kunnen op dat prachtige pad nog steeds die lekkere beukennootjes rapen en de bewoners genieten iedere dag weer van die monumentale rode reuzen.”