Column
Tijdens de donkerste dagen van het jaar in die vermaledijde maand december is het weer wekenlang tijd voor dispuut over het al dan niet afsteken van vuurwerk. Dat geldt ook voor de beursgangers uit Vught. Geweldig hoe die twee kampen steeds furieus tegenover elkaar staan. En met steeds dezelfde argumenten en (drog)redenen. Ben je een voorstander dan ben je avontuurlijk, jong en wil je ook eens wat. Je mag in dit land toch helemaal niets meer, is dan de beweegreden. Of: waar bemoeien ze zich mee? Dat maak ik zelf wel uit. Tegenstanders hebben andere inzichten en wat schetst mijn verbazing: die laatste groep is dit jaar in de meerderheid.
Mijn visie ga ik u zo dadelijk geven, al weet ik dat deze mijn immense populariteit zeker zal schaden. Ik heb namelijk de pestpokken aan vuurwerk. Het siervuurwerk dat zich hoog in het heelal in prachtige kleuren ontpopt kan nog mijn goedkeuring krijgen, maar dat nietszeggende, storende en overlast veroorzakend knalvuurwerk moet toch echt eens verbannen worden. Redenen te over: slecht voor het milieu, slecht voor flora en fauna en gevaarlijk voor zowel afstekers als argeloze passanten. Ieder jaar start die zinloze herrie al half december en gaat dan door tot ongeveer zeven januari wanneer zelfs de drie wijzen uit het oosten ons land hebben verlaten. Prille en opgeschoten jeugd heeft dan al wekenlang met een plastic buil vol ‘knallers’ door het dorp geslenterd om op de meest drukke plekken achteloos hun rotjes, zevenknallers of voetzoekers neer te gooien. De gevaarlijk hysterici hebben dan ook nog de afwijking om al die lontjes af te steken en daarna in allerlei openingen te gooien zoals brievenbussen, afvalbakken, bushaltes of containers. En dan maar hopen dat de schade aanzienlijk is en dat het materiaal zodanig is beschadigd dat vervanging noodzakelijk is. Zaak is het gedurende die weken om in groepsverband door de dreven te dolen en als het kan ook nog wat zooi gooien naar andere jeugd of senioren. Die laatste categorie is een gewilde prooi want moeilijk ter been zijn of kortademig of halfblind zet deze groepering al snel op een achterstand. Ook ik word de laatste jaren bestookt, maar ik inviteer de groep militanten dan om eens naderbij te komen. Dan volgt een aanbod: “Als je nog een keer zo’n granaat naar mij gooit zorg ik ervoor dat je een nog grotere knal kan horen. Die krijg je van mij en je hoeft er niets voor af te steken.”
En ik geef het grif toe; mijn vroegere baldadigheid en mijn provocerende gedrag zijn volledig verdwenen, zeker als het dit nutteloze kabaal betreft. In mijn jonge jaren stak ik echter ook al geen vuurwerk af; zonde van het geld en ik zag na de kerstvakantie altijd wel wat personen die de veldslag verloren hadden en een oog of een paar vingers misten. Ook volslagen doofheid of derdegraads verbrandingen waren de prijzen. Munitie kan je ook afhalen bij de zuiderburen want die hebben de meest gevaarlijke bommen in de uitverkoop en ook al is dat hartstikke illegaal, je kunt een heel arsenaal binnensmokkelen en opslaan in je slaapkamer, de garage of de kelder. Mocht het daar ontploffen dan heb je gegarandeerd het spectaculairste vuurwerk van het dorp en daar gaat het om: indruk maken en laten zien dat je het allemaal best kunt betalen. En je bent niet bang.
Als alternatief kan de gemeente een vuurwerkvrije zone in het leven roepen of een periode van staakt-het-vuren. Daar heb ik geen fiducie in. Misschien zou de gemeente een centrale plaats kunnen reserveren en vandaar het bombardement onder vakkundige leiding doen plaatsvinden.
De politie zal echter handhaven, zo luidt de geruststelling. Ammehoela, geen sprake van, de brandhaarden zijn overal en van ingrijpen is geen sprake. In uiterste gevallen kan men zich op nieuwjaarsdag ’s morgens melden om via bureau Halt ingezet te worden bij het schoonmaken van de straten. Dit is wel heel vroeg in de ochtend en dan kunnen de infanterietroepen natuurlijk niet.
Er is één gunstige bijkomstigheid bij al dit nutteloze en gevaarlijke erfgoed, men neemt zich tijdens Oud en Nieuw ook altijd voor te stoppen met roken. Ik maakte het mee met een vriend van mij. Die had als hobby het vuurwerk zelf te maken zodat de explosie nog groter en imposanter zou zijn. Ik herinner me nog dat hij rond de klok van 00.00 uur de lont van zijn zelf vervaardigde gillende keukenmeid met zijn laatste sigaret aanstak. En dat lukte. Hij heeft nooit meer gerookt.