Informateur Gerd Prick: “College van Gemeentebelangen, VVD, CDA en PvdA-GL”

Gerd Prick begon 9 februari als informateur in Vught. Hij onderzocht de mogelijkheden voor een nieuwe coalitie, nadat wethouder Potters aftrad en D66 uit de coalitie is gestapt. Op 24 februari bracht de informateur zijn advies uit, waarmee zijn opdracht is beëindigd. Prick adviseert aan het eind van zijn verslag CDA, PvdA-GroenLinks, VVD en Gemeentebelangen met elkaar in gesprek te gaan en daarbij de door hem beschreven observaties te betrekken. Of dit snel tot een nieuw college zal leiden is de vraag, omdat uit het verslag blijkt dat CDA en PvdA-GL en anderzijds GB en VVD verschillende ideeën hebben over het gewenste college.

In een bijeenkomst van de fractievoorzitters op 9 februari is de opdracht van informateur Gerd Prick vastgesteld. Die luidde: Wat is er nodig om de politiek-bestuurlijke verhoudingen in Vught te verbeteren? Op welke wijze kan in Vught een stabiel gemeentebestuur worden gecreëerd en welke partijen kunnen daarvoor met elkaar gaan formeren met als uitgangspunt het bestuursakkoord, dat in januari 2021 werd gesloten?

Bestuurscultuur
Prick schrijft is zijn verslag: ‘Dankzij vlotte medewerking van fracties en griffie kon ik op korte termijn met alle fracties spreken. Ook heb ik ter kennismaking gesproken met de burgemeester en de wethouders. Ik heb die gesprekken gevoerd langs de lijn van de opdracht. Nadat ik mij een beeld had gevormd van de meest voor de hand liggende coalitie heb ik met CDA, PvdA-GroenLinks, VVD en Gemeentebelangen een tweede gesprek gevoerd om mijn eindadvies nader te kunnen onderbouwen. Voor de gesprekken over de bestuurscultuur heb ik de behartenswaardige teksten in het bestuursakkoord en de brief van de formateurs over dit onderwerp als referentiekader gebruikt en dan vooral op de aspecten: verhouding raad-college en omgangsvormen.’
In de gesprekken heeft de informateur algemeen gehoord dat er een positieve ontwikkeling is in de verhouding raad-college en tegelijkertijd dat de fracties daarbij een proces van vallen en opstaan constateren. ‘Als het erom gaat de gemeenteraad aan het begin van de beleidscyclus een bepalende rol te geven, wordt daarover genuanceerd gedacht. De erkenning is er dat startnotities worden voorgelegd, maar met een grote variatie aan kwaliteit. Lang niet altijd met duidelijke keuzes en vaak alleen maar met een beschrijving van processen. Algemeen is de opmerking, dat het college te weinig prioriteiten stelt, te weinig focus heeft. Daardoor wordt er in de uitvoering te weinig vaart gemaakt en blijven de resultaten uit.’ Volgens Prick moeten hierover in de nieuw te vormen coalitie afspraken worden gemaakt. Ook is er behoefte om de verantwoordelijkheidsverdeling nog eens aan de orde te stellen, ter voorkoming van debatten daarover en situaties dat de gemeenteraad zich te veel met uitvoeringstaken bemoeit. Ook onduidelijkheid vooraf over burgerparticipatie, zowel bij burgers als de raad, bij voorstellen die in de inspraak gebracht worden, leiden tot frustratie en vertraging.

Afrekensentimenten
De informateur wijst erop dat in het bestuursakkoord en zeker in de brief van de formateurs van het college de gedragscomponent een belangrijke plaats inneemt. Prick: ‘Ook bij dit onderwerp zien de meeste gesprekspartners enige ontwikkeling onder de gelijktijdige vaststelling dat ‘we’ er nog lang niet zijn. Zeker speelde de coronaperiode hierin een beperkende rol; juist aan het begin van de periode was er weinig gelegenheid tot persoonlijk contact. Ik merk op dat de jongeren, in ervaringsjaren in de gemeenteraad en niet behept met politieke afrekensentimenten uit het verleden, last hebben van een onderstroom van animositeit tussen een aantal oudgedienden. Hoopvol is mijn constatering dat op dit laatste punt bij fracties sprake is van goedwillende zelfreflectie. In de werkgroep ‘Bestuurlijke Vernieuwing’ is de onderlinge omgangsstijl weliswaar aan de orde geweest, maar ondergeschikt geraakt aan de discussie over procedures. Alle gesprekpartners vinden dat de recente ‘heisessie’ wel heeft bijgedragen aan verbetering van de verhoudingen, al is meer openhartigheid gewenst. Algemeen is er een gevoel van urgentie om hiermee aan de slag te gaan, zodat het onderlinge vertrouwen weer groeit.’

Aanbevelingen
Prick doet in zijn verslag enkele aanbevelingen om het politieke proces in Vught te verbeteren. Volgens hem moet het college kritischer zijn op de kwaliteit van startnotities en duidelijk alternatieve beleidskeuzes voorleggen. Als er eenmaal een keuze is gemaakt, moet de gemeenteraad aan B&W de ruimte geven om tot gedegen uitwerking te komen. Ook moet er duidelijkheid zijn over de burgerparticipatie. Waarover de participatie precies gaat en hoe verstrekkend die is, moet in de procesbeschrijving worden opgenomen en vooral ook duidelijk extern worden gecommuniceerd.
De informateur vindt ook dat het college de ingezette positieve trend in de relatie naar de raad, die nu vooral ervaren wordt in de informatieverstrekking, verder moet ontwikkelen. Hij adviseert eveneens om vervolg te geven aan bijeenkomsten als de ‘heidag’ en daarbij ruimte te maken voor de informele ontmoeting. Prick stelt ook voor om de gezamenlijke fractievoorzitters o.l.v. de burgemeester (Presidium) verantwoordelijk te maken voor het regelmatig evalueren van de werkwijze van de gemeenteraad en daarbij vooral ook de ‘zachte’ kant van een ordentelijke bestuurscultuur te bespreken, zoals respectvolle, integere onderlinge bejegening. Ook vindt hij dat de fracties ruimte moeten geven aan nieuwe raadsleden om een meer bepalende rol te spelen in het debat. Tot slot geeft hij aan dat gewenst gedrag deels kan en moet worden vastgelegd in gedragscodes en integriteitscodes, maar meldt daar meteen bij dat het enige wat echt tot resultaat leidt de oprechte wil van individuen is om integer en respectvol met elkaar om te gaan.

Formatieadvies
In de gesprekken is het de informateur duidelijk geworden dat er onder de fracties veel variëteit aan opvattingen is over de gewenste coalitie. CDA en PvdA-GroenLinks geven de voorkeur aan herstel van de coalitie, die afgelopen 2 jaar bestuurde, met VVD en D66 (14 zetels). Voor de VVD is het géén optie om de huidige coalitie met D66 voort te zetten of met gedoogsteun van deze fractie door te gaan. Zo’n coalitie sluit volgens Prick ook niet aan bij de opdracht die hij als informateur heeft gekregen. ‘D66 ziet vooralsnog niets in herstel van de vorige coalitie met de VVD en zal hiervoor geen nieuwe wethouder leveren. D66 zal alléén overwegen verbindende gedoogsteun te leveren aan een ontstane minderheidscoalitie als om te beginnen onverkort wordt vastgehouden aan het huidige bestuursakkoord.’
Een andere mogelijkheid is de huidige minderheidscoalitie van CDA, PvdA-GroenLinks en VVD van gedoogsteun te laten voorzien door de eenpersoonsfracties uit de gemeenteraad. Progressief Liberaal Vught en SP staan hier niet onwelwillend tegenover. De SP zou ook een wethouder kunnen leveren. Prick: ‘Aan de andere kant hebben meerdere partijen aangegeven een (gedoog)coalitie o.b.v. steun vanuit de eenpersoonsfracties getalsmatig te kwetsbaar te vinden, een variant die evenmin voldoet aan de opdracht.’
De informateur heeft verschillende suggesties ontvangen voor een coalitie die uit 3 partijen bestaat. CDA en PvdA-GroenLinks kunnen zich een samenwerking met Gemeentebelangen voorstellen (13 zetels). Gemeentebelangen en VVD geven aan in de vorige raadsperiode goed samengewerkt te hebben in een drie-partijen-coalitie, die destijds was gevormd met PvdA-GroenLinks. Nu gaat de eerste voorkeur van Gemeentebelangen en VVD uit naar een vier-partijen-coalitie met CDA en PvdA-GroenLinks (17 zetels), zodat een brede coalitie ontstaat waarmee een stabiel bestuur wordt gerealiseerd.
CDA en PvdA-GroenLinks hebben aangegeven niet zonder elkaar in een nieuwe coalitie te stappen. Voor Gemeentebelangen en VVD geldt hetzelfde, ook zij willen niet zonder elkaar een nieuwe coalitie vormen. Voor CDA en PvdA-GroenLinks dient het bestuursakkoord uit januari 2021 fier overeind te blijven. VVD en Gemeentebelangen wensen het bestuursakkoord te actualiseren.

Conclusie
Gegeven de brede wens van alle partijen om een stabiel gemeentebestuur te creëren, resteert volgens de informateur maar één mogelijkheid en dat is een coalitie bestaande uit 4 partijen: Gemeentebelangen, VVD, PvdA-GroenLinks en CDA. Gelet op de teneur van de gesprekken met alle partijen in de eerste en tweede ronde acht hij deze coalitievariant ook programmatisch haalbaar. Onderwerp van de formatieonderhandelingen zou moeten zijn het formuleren van een opdracht aan het college om het uitvoeringsprogramma zodanig bij te stellen dat de uitvoering, zoals door alle partijen gewenst, besluitvaardiger en meer resultaatgericht kan plaatsvinden.

Kijk ook bij

Lezing ‘Liefde in de Kunst’ in Museum Boxtel op 16 februari

Op zondag 16 februari om 11.15 uur bent u in Museum Boxtel van harte welkom …