“Geld klotst niet meer tegen de plinten, maar tegen de lambrisering”

Kadernota 2023-2026, Vughtse politiek legt wensenlijstjes op tafel

De financiële situatie van de gemeente Vught is nog rooskleuriger dan wij in Het Klaverblad van vorige week vermeldden. Dat verleidde Martin Vromans (GB) tot de constatering: “Het geld klotst niet meer tegen de plinten, maar tegen de lambrisering.” Uit de meicirculaire, waarvan de gevolgen niet in de Kadernota zijn opgenomen, blijkt dat Vught over 2022 en volgende jaren miljoenen extra krijgt uit het gemeentefonds. Daar staan ook ‘minnen’ tegenover op een aantal posten, maar als de ‘meevallers’ en ‘tegenvallers’ tegen elkaar worden weggestreept, dan blijven er nog forse plussen over: 992.000 (2022), 3,2 miljoen (2023), 4,5 miljoen (2024), 6 miljoen (2025) en 4,4 miljoen in 2026. De fracties in de Vughtse raad gaven in de commissievergadering van 30 juni aan dat ze nog wel wat wensen hebben waaraan een gedeelte van het extra geld besteed kan worden.

Het Vughtse college liet de raadsleden weten dat ondanks de positieve uitkomsten van deze meicirculaire, geconcludeerd moet worden dat we nog steeds in onzekere tijden leven. Vooral de wijzigingen die voor de uitkeringen uit het gemeentefonds in de pipeline zitten, zorgen in 2026 en latere jaren voor onzekerheid. Verder is ook de economische situatie een reden om voorzichtig te handelen. Het valt volgens B&W niet uit te sluiten dat deze extra middelen de komende jaren hard nodig zullen zijn om alle plannen uit het coalitieakkoord te realiseren. Dit vanwege dossiers en ontwikkelingen, die nu nog niet in de begroting verwerkt zijn, zoals de bouw van scholen (IHP), de prijsstijgingen, de krapte op de arbeidsmarkt en andere grote uitdagingen die tot meerkosten kunnen leiden. Bij de afwegingen die worden gemaakt bij de programmabegroting 2023, die in november aan de raad voorgelegd wordt, zal dit alles concreet meegenomen worden. Met als uitgangspunt een sluitende begroting. Overigens is bij het opstellen van de Kadernota 2023-2026 rekening gehouden met een indexering van de leges en OZB van 2,8%, terwijl dit de laatste jaren 1,5% was. Er wordt dus niet gerekend met het werkelijke inflatiepercentage dat in 2022, als de energieprijzen blijven stijgen, wel eens dicht in de buurt van de 10% kan eindigen.

Lees het volledige artikel op pag. 1 en 7 van Het Klaverblad van 6 juli. Dat kan ook online; klik hier.

Kijk ook bij

‘Kampong Lunetten’ een jaar na de première opnieuw in de Speeldoos

Film over het laatste Molukse woonoord van Nederland Op 21 maart 1951 arriveert de boot …